Automatisch nummeren

Nummeringsroutine voor teksten en attributen (nummert bv. 1 2 3, 5 10 15, 001 002 003, a b c, AA AB AC, A8 A9 B0, xyy xyz xza, etc.).

Automatisch nummeren

Inbrenger: IDEOMA intelligent systems bv
Waarde: 50.00
Versiedatum: 02/06/99
Bestandstype: LSP

Het programma AutoNum plaatst nummering in de vorm van teksten of blokken met attributen.

Het programma vraagt om een startnummer (bijv. 1, 12 of 05) of een tekst (bijv. A, h of C8). Vervolgens moet de stapgrootte worden opgegeven. Een stapgrootte van 2 betekent voor tekst dat steeds 1 ASCII-karakter wordt overgeslagen. Vervolgens kan de tekstuitlijning worden opgegeven (Center, Left, Middle, etc.) of de optie 'Block' (met attribuut) worden geselecteerd. Wordt de optie 'Block' gekozen dan moeten vervolgens bloknaam, invoegpunt, x-, y-schaal en rotatie worden opgegeven. Is de tekstuitlijning opgegeven, dan moet de positie van de eerste tekst worden opgegeven. Daarna moet de positie van de tweede tekst of blok worden aangegeven. Nu kan de totale afstand opgegeven worden waarover teksten of blokken geplaatst worden. De afstand tussen de eerste twee teksten/blokken wordt als h.o.h. afstand gehanteerd. Wordt een 'Enter' gegeven op de vraag 'Total distance' dan is het mogelijk zelf elke positie van volgende teksten/blokken op te geven.

Let op! Alleen het plaatsen linksonder uitgelijnde teksten en van blokken met attributen werkt in AutoCAD 2000.

Zie ook	Korte omschrijving
fundpanr	Vult paalnummers in afhankelijk van de paalposities t.o.v. UCS.
attadd	Voegt attributen rechtstreeks toe aan reeds geplaatste blokken en vult de inhoud met een oplopend nummer, een vaste tekst of de oppervlakte van het gebied waarin het blok staat.

Zit de hulpsoftware die u zoekt er niet bij? Laat het ons weten. Mogelijk kunnen we toch iets voor u betekenen, want we weten meer dan we hier ooit kunnen documenteren!